REDDER
Afbeelding: Gerard van Honthorst, Aaanbidding van het kind, circa 1620
Kernzin in het bijbelse kerstverhaal zijn de woorden ‘ Vandaag is jullie redder geboren’. Eerlijk gezegd houd ik niet zo van dat woord redder, al laten grote leiders zich graag zo noemen. De Romeinse keizers deden het, Mussolini, Stalin. En dichterbij: Robin Mugabe zag zich tot voor kort als de redder van Zimbabwe. In Nederland hebben we er in Thierry Baudet onze eigen enigszins komische variant van. Hij zal de Nederlandse cultuur gaan redden. Maar ik heb het er niet zo op. Het loopt nooit goed af met redders. Voor die tijd hebben ze meestal een hoop ellende veroorzaakt. Eerlijk gezegd geloof ik er ook niet in. Grote vraagstukken genoeg, maar redders die ze in één klap voor ons oplossen – vergeet het! Dat loopt altijd op een teleurstelling uit. Ook van de uitspraak ‘Jezus redt’ krijg ik de kriebels. Voor je het in de gaten hebt is ook dat een nietszeggende leus.
Maar bij dat zinnetje ‘Vandaag is jullie Redder geboren’ in het bijbelse kerstverhaal ligt het anders. De ouders van deze ‘redder’, Jozef en Maria, zijn twee aan lager wal geraakte leden van het oude Joodse koningshuis. Ze hebben volstrekt niets meer in de melk te brokkelen. Judea is een Romeinse provincie en wordt met harde hand geregeerd door een Romeinse stadhouder. Als er vanuit het verre Rome een bevel komt van keizer Augustus dat ze onmiddellijk naar Bethlehem moeten afreizen om zich daar te melden vanwege een nieuwe Romeinse belastingmaatregel hebben ze geen andere keus dan te gaan. Net als al die anderen. Al komt het dan vanwege de zwangerschap van Maria buitengewoon slecht uit allemaal. Uiteindelijk moet ze ver van huis haar kind ter wereld brengen. In een stal nog wel. Ongelegener kon het niet komen. Wel zorgt het voor een onverwachte wending in hun leven. Leek er tot nu toe voor hen niets anders op te zitten dan de gebeurtenissen gelaten over zich heen te laten komen, die ongelegen geboorte maakt hen opeens actief. Ze hebben een kind. Daar moeten ze voor zorgen. Dat doen ze dan ook, al ontbreekt het hen daarvoor vrijwel aan alle middelen. De druk van het moment maakt hen opeens heel vindingrijk. Ze wikkelen hun kind in een paar doeken en leggen het bij gebrek aan een wieg in een voerbak. Dat hele gevoel van dat ze er totaal niet toe doen, waarmee het verhaal begint als ze zich opmaken om van Nazareth naar Bethlehem te reizen, is opeens weg. Ze hebben een kind. Vanaf nu doen ze er wel toe. Als even later de herders te horen krijgen van de geboorte in de stal gebeurt er met hen iets soortgelijks. Het verandert hen van ruwe harde kerels in attente kraambezoekers. Wat een pasgeboren kind allemaal niet teweeg kan brengen! Ook als het onder zulke erbarmelijke omstandigheden ter wereld komt.
Ook dat is redding! Van onbeduidendheid en machteloosheid. Maar het is wel een redding van een hele andere orde als waar wij doorgaans aan denken als we het woord ‘redder’ horen.
Geen wonder dat Lucas, de schrijver van dit bijbelse kerstverhaal, een engel bedenkt om die geladen zin ‘ Vandaag is jullie redder geboren’ uit te spreken. Hij laat het hem bovendien in de directe rede zeggen, zodat die engel over de hoofden van de eerst geadresseerden ook alle latere hoorders en lezer van het verhaal aanspreekt. Ons incluis: Vandaag is jullie redder geboren. Dat betekent dus niet dat er iemand komt of komen zal die al onze problemen komt oplossen of die voor ons de vaak zo ondoorgrondelijke gang van het lot zal keren. Zulke redders bestaan niet. Als ze zich al aandienen –laten we ze vooral wantrouwen. Laten we vooral ook niet denken dat we het zelf zouden kunnen en moeten zijn. Als Lucas ook tegen ons lezers van nu zegt: ‘vandaag is jullie redder geboren’, bedoelt hij dat ook wij, wanneer wij onze oren en ogen goed openzetten, zullen horen: ‘nu komt het op jou aan’. Als ik met dit verhaal in mijn achterhoofd mijn leven ‘afluister’, kan ik bijvoorbeeld horen, dat er een mens is die mij nodig heeft. Of ik hoor, dat ik nu niet langer zwijgen mag maar dat het tijd wordt dat ik mijn mond open doe, op eigen benen ga staan. Of net andersom: ik hoor, dat ik het nu los mag laten.
Hoe het gezegd zal worden is altijd weer een verrassing. Maar als we bereid zijn het niet alleen in het grote, het totale en het bekende te zoeken, valt tussen alles wat het leven brengt ook altijd weer te horen: Jou leven is van betekenis. Je doet er toe. Hoe hard die betekenis ook ontkend wordt, of hoe diep we het verlangen naar betekenis ook hebben weggestopt.
Ds. Adri Terlouw